Spoorelementen: IJzer, Jodium, Fluoride, Zink, Koper, Chroom, Rubidium, Seleen, Mangaan, Molybdeen, Vanadium, Borium.

Borium
Helpt bij de regulering van de bloedstolling, is betrokken bij de opname van calcium en
versterkt de werking van het celmembraan.

Chroom
Chroom, ook bekend als chromium, is nodig voor een goede werking van insuline en bij het handhaven van het bloedsuikergehalte. Daarnaast speelt het ook een rol bij de vetstofwisseling. Graanproducten met een hoog gehalte aan zemelen bevatten veel chroom. Verder komt chroom vooral voor in groente, rietsuikermelasse.

IJzer
IJzer is een belangrijk bestanddeel van hemoglobine, een onderdeel van de rode bloedcellen. Rode bloedcellen vervoeren zuurstof van de longen naar de weefsels. IJzer is onmisbaar voor dat transport. IJzer komt o.a. voor in graan, groente en appels.

Jodium
Jodium is nodig voor de vorming van schildklierhormonen die belangrijk zijn voor de groei en de stofwisseling. Jodium kan van nature voorkomen in zeewater, in aarde en in drinkwater. Via deze wegen komt jodium in de groenten terecht. Te weinig jodium kan tot het gevolg hebben dat de dieren slechter groeien en minder vruchtbaar worden.

Koper
Koper zorgt dat het ijzer wordt vastgelegd in hemoglobine, de rode kleurstof in ons bloed, en speelt zodoende een rol bij het zuurstoftransport in het lichaam. Ook is koper betrokken bij de pigmentatie van huid en haar en bij bindweefsel- en botvorming. Koper komt voor in noten, granen, groenten en fruit.

Mangaan
Mangaan is nodig voor de vorming van botweefsel. Verder is mangaan betrokken bij de stofwisseling van aminozuren, cholesterol en koolhydraten. Voorts speelt het een rol bij de vruchtbaarheid van de dieren. Mangaan komt voor in granen, rijst, noten, bladgroenten, fruit.

Molybdeen
Molybdeen is onder andere betrokken bij de afbraak en opbouw van eiwitten in het lichaam. Het speelt ook een rol bij de koper- en ijzerstofwisseling. Molybdeen komt vooral voor in peulvruchten, granen en noten.

Rubidium
Heeft een gunstig effect op het bioritme van de dieren en is betrokken bij het transport van mineralen.

Seleen (Selenium)
Seleen heeft eenzelfde werking als een antioxidant en gaat de vorming van schadelijke stoffen in het lichaam tegen. Het maakt zware metalen die het lichaam via verontreinigingen binnenkomen minder giftig. Seleen heeft ook een gunstig effect op de bloeddruk. Seleen is in bijna alle voedingsmiddelen aanwezig. Het gehalte aan seleen in plantaardige producten hangt af van de hoeveelheid seleen in de bodem. Granen zijn over het algemeen rijker aan seleen dan groenten.

Vanadium
Speelt een rol bij de vorming van botweefsel en de aanmaak en onderhoud van tanden.

Zink
Zink is nodig bij de opbouw van eiwitten en daarmee voor de groei en vernieuwing van weefsel (wondgenezing) en het afweersysteem. Daarnaast speelt het een rol bij de opbouw en afbraak van koolhydraten en dus bij de energievoorziening. In stress situaties is er een verhoogde behoefte aan zink. Zink komt vooral voor in vlees, vis, haring, granen, peulvruchten en rijst.

De omschrijving van bovenstaande spoorelementen is tot stand gekomen na een zoektocht in boeken, artikelen en op internet. We pretenderen niet compleet te zijn en misschien is de omschrijving niet overal correct. Het is bedoeld ter verduidelijking van de omschrijvingen bij de kruiden, groenten, fruit etc.